St-Jakobsschelp
Pecten maximus, Placopecten magellanicus, Mizuhopecten yessoensis
- MSC labelWildvangst
- ASC labelAquacultuur
- Pacifische oceaan FAO 61 (Japan)Aquacultuur - Hang-, drijf-, touw- en bodemcultuur
- Atlantische Oceaan noordoost FAO 27 (Noorwegen)Hand geraapt
- Atlantische Oceaan noordoost FAO 27 (Noordzee)Hand geraapt
- Atlantische Oceaan noordoost FAO 27, noordwest FAO 21 (Canada); Pacifische oceaan FAO 61 (Japan)Dreggen
- Atlantische Oceaan noordwest FAO 21 (Verenigde Staten)Bodembordensleepnet
Biologie
De Europese St-Jakobsschelp (Pecten maximus) komt voor in het oosten van de Atlantische Oceaan en in de Middellandse Zee. Het is een filtervoeder die zijn voedsel rechtstreeks uit het water filtert. Een volwassen exemplaar heeft meestal een schelp met een diameter tussen 10 en 15 cm. Uitzonderlijk heeft de schelp een diameter groter dan 17 cm. De Amerikaanse St-Jakobsschelp (Placopecten magellanicus) heeft zijn oorsprong in de Verenigde Staten en in Canada. Mizuhopecten yessoenis komt voor in Japan en Mimachlamys nobilis in Vietnam.
Visserij
Wanneer St-Jakobsschelpen met de hand verzameld worden, is er nauwelijks sprake van ecologische impact. Er is geen ongewenste vangst of teruggooi en de impact op de bodemhabitats is laag. Industriële visserijen gebruiken echter bodemsleepnetten of dreggen om St-Jakobsschelpen te verzamelen. Deze technieken zorgen steeds voor een grote hoeveelheid ongewenste vangst, waarvan vaak soorten die reeds bedreigd worden door overbevissing. Er is ook een negatieve impact op de overleving van verschillende bodemorganismen, zoals jonge vissen en bedreigde diersoorten, zoals haaien en roggen.